zondag, april 02, 2006

Miffy va a la escuela

Isa's eerste keuze verhaaltje-voor-het-slapen-gaan is momenteel Miffy en la escuela. In het boekje gaat Nijntje -door buitenlanders koppig "Miffy" genoemd- een dagje naar school. Voor onze eigen Miffy blijkt dat een stuk ingewikkelder. Het romantische idee dat we gewoon op een dag bij zo'n school zouden aanbellen met ons telgje aan de hand, ze zijn immers in Spanje met alles zo makkelijk, bleek op zijn zachtst gezegd naïef.

Als verantwoordelijke Amsterdamse yuppen willen we natuurlijk een weldoordachte keuze maken. Dat stuit in Spanje direct op een muur. Letterlijk, want alle scholen in Spanje zijn omgeven door hoge muren en hekken en niemand komt er zomaar in of uit. Toen we illegaal met wat juffen mee naar binnen glipten werden we direct in opgewonden Spaans terecht gewezen door de concierge. Even de school bekijken? Daar doen we hier niet aan mevrouw. Open dagen? Nooit van gehoord.

Dat vraagt dus om een list, waarvan we de techniek bij elke school steeds meer weten te verfijnen. In het daarvoor aangegeven uurtje melden we ons bij het secretariaat om ons kind in te schrijven. Ik stort een enorme stapel papieren op het bureau van de secretaresse en meld opgewekt dat ik mijn kind wil inschrijven maar dat dat de enige zin Spaans is die ik ken. Max gaat in geduldige wacht-houding met Isa in de hal staan. Zegt dan onschuldig "kijk daar Isa!" waarbij hij diep een gang in wijst, heel goed wetend dat Isa daar natuurlijk direct in zal rennen, zodat hij haar wel achterna móet gaan en weet die truc nog vaak genoeg te herhalen om een flink stuk van de school te verkennen. Ondertussen oefen ik zonnig mijn drie woorden Spaans op de steeds wanhopiger worden secretaresse, die echter nog steeds haar inschrijfformulieren niet wil prijsgeven.

De secretaresses van scholen hechten erg aan hun inschrijfformulieren. Om die laatste hobbel te nemen hebben we hulp gekregen van onze makelaar. Op mijn verzoek heeft zij in het Spaans een briefje opgesteld waarop zóu moeten staan uitgelegd dat we ons nog niet in de stad kunnen inschrijven omdat ons huis officieel nog niet bestaat, maar gezien de reacties staat er waarschijnlijk dat we twee gevaarlijke gekken zijn die amok zullen maken tot we papieren krijgen. Als bij magie leidt het briefje altijd direct tot het overhandigen van de formulieren.

We eindigen na de verkenningstocht dus met een flinke stapel formulieren, en met het woordenboek bij de hand weten we te ontcijferen dat: a) we uiterlijk 31 maart ons kind moesten inschrijven, b) inschrijving gebeurt door het inleveren van allerlei ingewikkelde formulieren en officiële documenten waarvan het grootste deel voor ons niet beschikbaar is omdat we nog niet in Spanje wonen, c) de plaatsing geschiedt door een lotingssysteem, waarbij voorkeur wordt gegeven aan kindjes die kunnen bewijzen dat ze uit de buurt komen/gehandicapt zijn/uit een groot gezin komen/een universitaire vooropleiding hebben (hier en daar zijn we niet helemaal zeker van de vertaling), d) als je je kind niet met het 3e jaar ingeschreven weet te krijgen, het vrijwel onmogelijk is om ooit nog een plaats te vinden op een openbare school omdat er eenvoudigweg geen plek meer is.

Het schooltje waar we gezien de ligging van onze woning voor in aanmerking komen, ligt ergens in de bergen. Diep in de bergen. Het lijkt Max onzin om daar te gaan kijken, omdat we er zonder auto toch nooit kunnen komen, maar ik blijf koppig. Het andere dichtsbijzijnde schooltje bevalt me niet en ik hoop nog steeds te stuiten op zo'n idyllisch wit gebouwtjes met oranje daken waar de kinderstemmetjes vrolijk weerklinken in zonnige frisse gangen. Dus bepakt met extra water gaan we op pad. Onder de groene hemel, in de blauwe zon de bergen in. Binnen drie minuten zijn we al verdwaald. En na een uur ronddolen op de bochtige bergweggetjes, waarbij pikhouwelen soms geen overbodige luxe zouden zijn, zijn we er alleen maar meer van overtuigd dat we ons kind hier nooit kunnen brengen. Waar is hier een school in de buurt? Weet ik te vragen aan een kwiek oud dametje dat voorbij loopt. Ze trekt een treurig gezicht, en wuift nog veel verder de bergen in. "Muy lejos" heel ver. We geven het op voor vandaag. De volgende dag huren we een auto'tje en proberen het opnieuw. Met even weinig succes en veel frustratie, wagenziekte en vastlopen op enge ravijntjes en uiteindelijk zelfs het besluit om op te geven, maar dankzij ons koppig doorzettingsvermogen en ware doodsverachting weten we uiteindelijk het schooltje te vinden: Een idyllisch wit gebouwtjes met oranje daken waar de kinderstemmetjes vrolijk weerklinken in zonnige frisse gangen! De juf Engels wordt uit de klas gehaald om als tolk op te treden, en zonder al te veel moeite weten we de formulieren te bemachtigen. Even rondkijken in de buurt, besluiten we. Misschien stopt er een bus in de buurt. We slaan een bocht om, en nog eens, en staan tot onze stomme verbazing op heel bekend terrein. Nog geen tien meter van het treinstationnetje waarvan het treintje twee haltes verder voor onze deur stopt. Op onze versimpelde kaart stond niet aangegeven dat het bergdorp eigenlijk heel simpel te bereiken was vanuit de stad!

Nu alle bezwaren weg zijn, weten we zeker dat dit de school van onze keuze is. Dat treft, want het is ook de school waar we de meeste punten voor krijgen vanwege de plek waar ons huis staat. Ware het niet dat ons huis daar nog niet officiëel staat. Dat mag onze advocaat verder allemaal oplossen. Samen met haar vullen we de formulieren in, en zij voegt een aantal documenten toe waaruit moet gaan blijken dat wij weliswaar nog niet in de buurt wonen, maar dat wel binnenkort gaan doen. Op de laatste dag van onze vakantie wandelen we weer naar de school. (vanuit ons hotel een half uur lopen in plaats van de drie uur die we eerder hadden gebruikt per auto). Allebei onze nette kleren aan, Isa's haren nog eens extra gekamd. Alsof het iets uitmaakt. Vol spanning kijken we hoe de secretaresse onze documenten ontvangt. De brief van de advocaat zegt haar niets, ze mist nog steeds documenten die wij niet kunnen produceren. "Geef haar het briefje van de makelaar" sist Max, en als laatste wanhoopspoging doe ik dat. En weer doet dat briefje zijn magie (wat zou er toch stáán???). De secretaresse knikt, begint driftig al onze papieren te stempelen en bevestigt het daarna vinnig aan elkaar met de nietmachine. Wij mogen gaan. Begin april horen we of we zijn aangenomen. Op de terugweg halen we toch wel opgelucht adem. "Die stempels vond ik wel bevredigend" beken ik Max, "dat was vast een goed teken". Max zelf geeft toe dat hij vooral erg opgetogen raakte van het nietje. "Dan kan het volgens mij niet meer misgaan." Of het nu aan het nietje ligt, of aan de stempels, we hebben goede hoop. Isa va a la escuela. Nu maar eens op zoek naar "Nijntje gaat op het potje", want het schijnt dat je in Spanje van school gestuurd wordt als je meer dan drie keer in je broek hebt gepoept. Maar het kan ook zijn dat daar de vertaling weer iets te vrij is geweest.